Akoestiek in gebouwen, tips tegen geluidsoverlast

akoestiek, tips om geluidsoverlast te voorkomen

Als bouwkundige krijg je, of je nu wilt of niet, te maken met akoestiek. Daar heb je adviseurs voor, zou je zeggen, en dat is tot op zekere hoogte waar. Zij zullen je adviseren welke lucht- en contactgeluidsniveaus er wenselijk zijn voor een scheiding tussen twee ruimtes. Aan jou de taak om dit bouwkundig waar te maken, uit te werken, te laten toetsen door je adviseur etc. Ondanks alle aandacht en goede bedoelingen, zijn er toch een paar akoestische valkuilen. In dit blog deel ik mijn ervaring: het levert je 5 tips op om deze valkuilen te omzeilen.

1. De zwakste schakel

Voor een school hebben wij eens te maken gehad met een muzieklokaal, waarbij de scheidingswand tussen het muzieklokaal en het aangrenzende lokaal uitgewerkt moest worden. Een dubbele metal-stud wand met een hoge dB-waarde zou voldoende moeten zijn om de geluidseis te halen, tenminste dat zou je zeggen. Alleen sloot deze wand aan op een kozijn in de buitengevel in plaats van op een binnenspouwblad. Dat had te maken met de gevelindeling en de gewenste oppervlakte van het muzieklokaal: deze kwamen niet overeen.

Dus hebben we de wand verjongd aangesloten op het aluminium (holle) kozijnprofiel. Gemiddeld genomen zou je dan nog steeds voldoen, maar in de praktijk pakt dit anders uit. Het gemiddelde is niet maatgevend, maar de zwakste schakel!Je kunt je wand nog zo mooi optuigen, maar geluidsoverlast ontstaat daar waar de zwakste schakel zich bevindt. In het muzieklokaal ontstond dus omloopgeluid bij de verjonging van de wand. Gevolg: er moesten nieuwe kozijnen geplaatst worden en de wand over de volledige dikte doorgetrokken.

2. Dekvloer onderbreken

Maar er was nog meer aan de hand in dit specifieke geval. Een metal-stud wand wordt doorgaans OP de cementdekvloer gemonteerd, maar tegenwoordig wordt diezelfde cementdekvloer vaak zwevend uitgevoerd in combinatie met vloerverwarming. Tel je deze twee zaken bij elkaar op, en je krijgt contactgeluid tussen de twee ruimtes via de dekvloer. Oorzaak: geen onderbreking in de dekvloer + onvoldoende massa omdat de dekvloer zwevend is.

De oplossing is eigenlijk heel simpel en ook nog heel praktisch. Voordat de dekvloer gestort wordt breng je regels aan op de plaatsen waar de wanden komen. Zo wordt de gewenste onderbreking gerealiseerd en weet de uitvoerder van de vloerverwarming precies hoe de ruimtes zijn ingedeeld. Tegen deze houten regels zet je een strook isolatie om de dekvloer helemaal op te sluiten. Bij voorkeur steenwol, dat vangt trillingen beter op.

Laat je dus niet verleiden om de dekvloer in één keer te laten storten zonder deze regels, omwille van de planning. Want dit gaat ten koste van de akoestiek!

3. Massa toevoegen

Nog een manier om de akoestiek te verbeteren is het toevoegen van massa. Dit krijg je door het toepassen van betonnen vloeren, volspaan deuren en gipsvezelbeplating op metal-stud wanden. Beglazing is ook altijd een bron van geluidsoverlast. Nu gaat dat in gangwanden nog wel goed (minder strenge eis), maar lokaalscheidende wanden zou ik altijd voorzien van gelaagd glas met geluidwerende PVB folies. En vergeet de valdorpels onder de deuren niet.

Vliesgevelstijlen die dienen als scheidingsconstructie kun je vullen met zilverzand of voorzien van een stalen koker. Ook zijn er samengestelde profielen die een onderbreking teweegbrengen waardoor contactgeluid niet meer verder kan doordringen naar de andere zijde.

4. Continue aandacht voor afdichting

Een continu punt van aandacht in de uitvoering is het afdichten van sparingen. Er zijn verwerkingsvoorschriften voor de wandenbouwer hoe de wand akoestisch aangesloten moet worden om problemen te voorkomen. Schrijf deze gewoon voor in je bestek en voeg desnoods de standaard details erbij om aan duidelijkheid niets te wensen over te laten. In de uitvoering is het vervolgens een kwestie van continue controle. Vanzelfsprekend kunnen de systeemplafonds er pas in als de afdichtingen gecontroleerd en geaccordeerd zijn door de toezichthouder.

5. Beperking nagalm

Naast het contactgeluid en luchtgeluid heb je in gebouwen ook te maken met nagalm. Systeemplafonds hebben een absorptiecoëfficiënt van (bijna) 100%, dus dan is dit probleem niet van toepassing. Maar wat als je geen systeemplafond hebt? In een gymzaal of als je een kapconstructie in het zicht wilt hebben? Of in een kerk die herbestemd gaat worden?

In alle gevallen waarin je geen plafond tot je beschikking hebt, is het een uitdaging om een fatsoenlijke akoestiek te halen. Zeker als je als stelregel neemt dat je de vloeroppervlakte van een ruimte moet terugbrengen aan akoestische maatregelen op de wand.

Zo passen wij in gymzalen vaak een stalen dakplaat toe met een perforatie, in combinatie met canalurevulling, om in ieder geval iets van absorptie uit het plafond te halen. Daarnaast kun je ervoor kiezen de wanden te bekleden met vilt, of een binnenspouwblad toepassen die poreuzer is zodat ie geluid opneemt. In dat laatste geval raad ik je wel aan een folie aan de achterkant toe te passen om het luchtlekken te voorkomen.

Als je echter een mooi plafond hebt, zoals in een kerk, heb je alleen de wanden tot je beschikking.

Zo hebben wij een oude kloosterkapel moeten omturnen tot praktijklokaal in een school. Wij hebben daar de achterwand en tussenwand akoestisch uitgevoerd, in combinatie met akoestische panelen onder de ramen. Deze zijn zelfs met maatwerk afbeeldingen beschikbaar, maar daar was geen budget voor 🙁

Akoestisch spuitwerk was ook nog een overweging, maar daar zijn wij niet zo’n voorstander van.

Het is schadegevoelig en slecht schoon te houden.

Tenslotte is het, juist vanwege die schadegevoeligheid, verleidelijk de akoestische voorzieningen alleen hoog in de ruimte toe te passen. Maar dan mis je iets op spreekhoogte, terwijl het daar juist nodig is…

6. Conclusie

Resumerend kun je wel stellen dat akoestiek in gebouwen een specialisme is waarvan de impact niet onderschat moet worden. Daarom raad ik je aan altijd een expert om advies te vragen, en je stukken ter controle in te dienen met alle relevante details. Een goede akoestisch adviseur kijkt echter niet alleen naar zijn vakgebied, maar ook naar de praktische haalbaarheid van de voorgestelde maatregelen. Zoals wij ons niet alleen focussen op de bouwkundige uitwerking, maar ook grensoverschrijdend meedenken.

bouwkundePro

ing. Maurice van Dinther